VvE reservefonds: geen extraatje maar pure noodzaak
Sinds 2008 is het verplicht voor VvE’s om te reserveren voor toekomstig groot onderhoud. En eerlijk? Dat is ook gewoon logisch. Want wie verstandig is, weet: onderhoud komt hoe dan ook. Dan kun je er maar beter op voorbereid zijn.
Toch zorgt de term “reservefonds” vaak voor verwarring. Alsof het om een soort spaarpotje gaat dat je misschien ooit nodig hebt. In dit artikel leggen we uit waarom dat beeld niet klopt – en hoe je als VvE goed (en slim) omgaat met het geld voor onderhoud.
Wat is een reservefonds eigenlijk?
Volgens de wet (artikel 126 lid 1, boek 5 BW) moet elke VvE een reservefonds aanhouden “ter bestrijding van andere dan de gewone jaarlijkse kosten”. Daarmee bedoelen we dus het grote onderhoud. Denk aan:
- Schilderwerk van de gevel
- Het dak vervangen
- Nieuwe liftinstallatie
- Vervanging van kozijnen
- Of het vernieuwen van de centrale verwarming
Je reserveert dus voor uitgaven die niet ieder jaar terugkomen, maar wel onvermijdelijk zijn.
Waarom het zo belangrijk is
De kosten voor groot onderhoud verschillen per jaar enorm. Het ene jaar doe je bijna niks, het andere jaar moet er ineens voor tienduizenden euro’s worden aangepakt. Daarom is een buffer cruciaal. Want zonder geld op de plank kom je in de knel.
Een goede VvE:
- Spreidt kosten over tijd: alle leden dragen maandelijks bij, zodat je niet ineens voor een grote uitgave staat.
- Vermijdt verrassingen: je weet dat er ooit onderhoud komt, dus daar spaar je samen voor.
- Zorgt voor betaalbaarheid: liever iedere maand een klein bedrag dan één keer een grote aanslag.
“Onvoorzien onderhoud” bestaat eigenlijk niet
Het woord “reserve” suggereert vaak dat het om extra’s gaat. Maar groot onderhoud is niet optioneel – het komt gewoon. Misschien weet je niet precies wanneer, maar dat het gebeurt is zeker. Dus je legt niet ‘voor de zekerheid’ geld apart, je moet sparen voor verplichtingen die eraan komen.
In feite is het dus geen reserve, maar een voorziening: geld dat bedoeld is voor toekomstige uitgaven waarvan je weet dát ze komen, al weet je misschien nog niet exact wanneer.
Hoe ziet dat eruit in de administratie?
Als VvE houd je deze reserve aan in je boekhouding:
- Het bedrag dat je bij elkaar spaart staat credit op de balans
- Daartegenover hoort een spaarrekening te staan waarop het geld ook echt apart staat
Zo heb je niet alleen een boekhoudkundig vinkje, maar ook daadwerkelijk geld klaarstaan als het nodig is.
Maak het bespreekbaar in jouw VvE
Sommige leden zien de reserve nog steeds als ‘onnodige luxe’ of iets voor noodgevallen. Maar dat beeld klopt dus niet. Het gaat gewoon om verplicht onderhoud – niets meer, niets minder.
Als bestuur is het slim om dat duidelijk uit te leggen:
- Het is geen extraatje, maar bittere noodzaak
- Zonder buffer kun je niet uitvoeren wat nodig is
- Iedereen profiteert van goed onderhouden panden en minder financiële stress
Hoe Solvve helpt
Met Solvve houd je je reservefonds overzichtelijk en transparant:
- Koppel de VvE-bankrekening om het saldo actueel te tonen
- Zet onderhoudsposten en kosten in de begroting
- Gebruik het taken- en actiepuntenoverzicht om uit te voeren wat in je MJOP staat
- Deel alle documenten rondom het reservefonds eenvoudig met de leden
Zo weet iedereen wat er speelt, wat er is gereserveerd en waar het geld voor bedoeld is.
Samengevat
Een reservefonds is géén spaarpotje voor noodgevallen. Het is het fundament onder goed VvE-beheer. Door op tijd en structureel te reserveren voorkom je financiële problemen én zorg je voor een goed onderhouden gebouw.
Wil je dit beter regelen?
Met Solvve maak je het beheren van je VvE niet alleen makkelijker, maar ook inzichtelijker en eerlijker.
Start vandaag je gratis proefperiode van 30 dagen
Of probeer het eerst in onze demo-omgeving